Het was even goed nadenken over wat ik zou kiezen als eerste echt blogbericht. Zou ik kiezen voor een bespreking van een verborgen restaurantje ergens in Vlaanderen, zou ik iets kiezen dat ik al duizenden keren heb gemaakt zoals een lekker taartje of een speciaal broodje, of zou ik een bepaalde grondstof bespreken. Het was even denken, tot ik beneden in de keuken kwam en ik hoorde dat mijn familie eens iets nieuws wou proberen.
Het was het perfecte moment om dit te gebruiken als blog!
Vroeger hadden we achteraan in onze tuin enkele buxusbollen staan, maar dat was ook niet echt een "whauw"-gevoel als je in de tuin kwam.Vanaf dit jaar hebben mijn ouders het sublieme idee gekregen om een moestuin te maken in onze tuin. Niet zo lang geleden hadden ze elk één tomatenplantje proberen laten groeien. Die voldoening van hun zelfgekweekte tomaatjes was zo groot, dat ze besloten om deze zomer méér te doen, ze wouden niet enkel tomaten, ze wouden ook nog kruiden, sla, ajuinen ... Kortom, een echte moestuin.
Nu, enkele maanden later, hebben we de vruchten ervan (of is het meer de groenten ervan).
Enkele soorten sla (rucola, krulsla, gewone sla) staan hier al mooi bol en we hadden reeds ervan genoten, maar de oudjes wouden eens iets maken met rucola, dus wat werd het ?
"Geitenkaas in de spek, met een slaatje van rucola met asperges, appeltjes, pijnboompitten en een vleugje van honing"
Nu, genoeg getetterd, we gaan eens beginnen aan het recept zelf.
Wat je nodig hebt is zeer simpel (voor een viertal personen)
- rucola, in dit geval vers geplukt
- een bundel asperges (witte)
- natuurlijk geitenkaasjes in de spek (deze kwamen van Delhaize)
- één appel
- citroensap (om de appel niet bruin te laten worden)
- pijnboompitten
Voor we met de asperges beginnen, zetten we een grote lage kookpot op het vuur met een klein beetje zout erin. Zodat het water kookt als we klaar zijn met de asperges schoon te maken.
Om te beginnen halen we ze uit de verpakking. Vervolgens snijden we het laatste stukje eraf, een goede 2-3 cm.
Een kleine truc om te weten hoeveel je precies moet afsnijden: je neemt de asperges vast met je wijsvinger en duim van beide handen en je buigt ze lichtjes door tot het afkraakt. Hetgeen je overhoudt van de rechterkant is het harde gedeelte, de rest is wat je mag koken.
Eens al de asperges hun hard deel kwijt zijn, kunnen we beginnen met het schillen ervan.
Voor het schillen houden we het topje vast tussen onze vingers, en gaan we met een dunschiller over de rest van de asperge. Let hier zeer goed op dat je telkens een klein stukje overlapt over het vorige wat je geschild hebt, anders heb je draadjes in je gerecht, en dat willen we niet.
Elke asperge snijden we in vier gelijke delen. Als het water kookt in onze kookpot, leggen we de asperges in het water en minderen we het vuur (wij hebben een vuur met stand één tot negen, en ik minderde het naar vier), na 10 minuutjes zijn de asperges klaar. Om te weten als ze goed zijn haal je er een stukje uit en kijk je als je tijdens het bijten nog een lichte weerstand voelt. Na het koken, haal je ze eruit met een schuimspaan en leggen we ze op een handdoek voor te drogen
De rucola wordt mooi gekuist als je hem uit de tuin haalt. We zorgen ervoor dat hij zeker mooi gespoeld is. Ik heb deze een tiental minuutjes in een kom met zout water geplaatst en vervolgens enkele keren goed gespoeld, elk blaadje bekeken op vuile plekken en dan laten uitlekken in een vergiet.
Je kan ze eventueel ook met een slazwierder drogen.
Eens deze gekuist is, beginnen we aan onze appel.
Voor de appel in het gerecht nemen we een zoete appel (denk hierbij aan Jonagold, Pink lady, ...)
We schillen onze appel, ontdoen hem van het klokhuis en snijden hem in vier gelijke delen.
Vervolgens snijden we elk partje horizontaal in plakjes
De plakjes snijden we hierna in reepjes
En de reepjes in mooie gelijke blokjes.
Eens we de appel volledig in blokjes hebben gesneden, doen we alles in een kommetje en nemen we een citroen.
We doen een klein beetje citroensap op de appels, zodat ze niet bruin worden tegen dat we ze moeten opdienen.
Let erop dat je niet teveel citroensap op de appeltjes doet, proef tijdig dat je geen zure smaak hebt in het gerecht.
Voor de pijnboompitten verhitten we een pan op het vuur.
We nemen geen boter hiervoor, we hebben vooral de warmte nodig voor de pitten te roosteren. Dit zorgt voor een betere smaak in het gerecht van de noten, zo komen ze beter uit.
We verhitten een pan op het vuur, nemen een handvol pijnboompitten en plaatsen ze in de pan, goed roeren in de pitten zodat ze mooi egaal bruin worden.
Het laatste wat we nog in ons gerechtje nodig hebben is de geitenkaasjes met spek.
We nemen een pan, smelten hier een klein beetje boter in en wanneer de boter goudgeel van kleur is, leggen we onze geitenkaasjes erin.
We laten ze aan de ene kant enkele minuutjes bruin worden, en wanneer deze krokant bruin kleurtje hebben, draaien we ze om met een paletmes (zie foto)
Eens ze omgedraaid zijn, minderen we het vuur van de geitenkaasjes aan de andere kant, en laten we ze nog even de warmte opnemen dat ze ook aan de onderkant krokant zijn.
Let zeker goed op dat het vuur niet te warm staat, na het omdraaien minderde ik het vuur naar vijf/zes van stand
Om het bord te dresseren, heb je enkele keuzes.
Vermits ik meestal apart eet thuis maak ik meestal een bordje voor mij apart, en in dit geval een groot bord voor de rest van de familie (dit is ook handig als je eens een BBQ of een tuinfeestje geeft)
Schik de rucola op het bord
Plaats de asperges tussen de rucola
Strooi de pijnboompitten over het geheel
Vervolgens de frisse appeltjes
Werk af met de net-gebakken geitenkaasjes en als 'finishing touch' wat honing voor het geheel op te zoeten
Smakelijk !!
Laat zeker weten wat je ervan vond als je het zelf eens probeert thuis.
Roel